Sinds 2014 mogen colleges iemand in het geval van problematische schulden via de rechtbank onder een beschermingsbewind plaatsen, maar dat komt slechts zelden voor. Recente casussen in Hilversum en Rotterdam tonen aan dat het wel degelijk nuttig kan zijn.
Rotterdam
Op 27 december jongstleden deed de Rechtbank Rotterdam uitspraak in een zaak over een onderbewindstelling op verzoek van het college van B&W. Uit de uitspraak van de rechter blijkt dat de betrokkene, met problematische schulden, geen hulp accepteerde ondanks een dreigende uithuiszetting. Mede omdat daar drie kinderen bij betrokken waren besloot de rechtbank alle goederen van betrokkene toch onder bewind te stellen. ‘De belangen van de twee nog minderjarige kinderen leggen zodanig gewicht in de schaal, dat het verzoek om onderbewindstelling wordt toegewezen’, aldus de rechter.
Hilversum
Met de onderbewindstelling en het via die weg beheren van de uitgaven doet de gemeente een poging de uithuiszetting te voorkomen. Hetzelfde gebeurde in Hilversum. Nadat de gemeente hoorde dat een inwoner met complexe GGZ problematiek uitgezet zou worden vanwege een huurachterstand besloot een adviseur schuldhulpverlening het pad van de gedwongen onderbewindstelling te bewandelen. Het college steunde dit en diende een verzoekschrift in bij de rechtbank. Die kende het verzoek toe.
Aanbevelingen
De NVVK adviseert gemeenten samen met verhuurders die overwegen dit instrument in te zetten om de grond 'problematische schulden' goed te onderbouwen. De rechter zal immers niet zonder aanleiding besluiten tot gedwongen bewind. Daarnaast is het aan te raden om schuldeisers te benaderen en hen om geduld te vragen en daarbij uit te leggen wat de gemeente van plan is. Verder is het ook belangrijk te weten dat een dergelijk verzoek aan de rechter handtekening vraagt van verschillende mensen van verschillende afdelingen binnen het ambtelijk apparaat.